Het klimaatdebat aan de hand van het IPCC rapport

Het klimaatdebat aan de hand van het IPCC rapport

Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) is een organisatie die in 1988 is opgericht bij het United Nations Environment Programma (UNEP) en bij de World Meteorological Organization (WMO). Het doel van het IPCC is om een duidelijk beeld te geven over de staat van de wetenschap met betrekking tot klimaatverandering. Dit wordt weergegeven aan de hand van een rapport (IPCC, 2013).

Het proces van een IPCC rapport

Aan een rapport werken (klimaat)wetenschappers vrijwillig mee en het is mogelijk om vijf verschillende groepen te onderscheiden die contribueren aan het proces van het schrijven van een IPCC-rapport. De belangrijkste groep is de lead authors. Dit zijn wetenschappers die worden voorgedragen door een land en de lead authors bepalen wat er uiteindelijk in het rapport staat. Deze lead authors worden geholpen door authors, zij zijn experts op het gebied waarover een hoofdstuk gaat.

Nadat de lead authors en authors een eerste conceptversie van het rapport hebben ingeleverd mogen de expert reviewers commentaar geven op de conceptversie. Alle commentaren van de expert reviewers moeten worden beantwoord door de lead authorsExpert reviewers worden in Nederland aangewezen door het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI).

De lead authors en de authors verwerken de commentaren van de expert reviewers en hierna wordt een tweede conceptversie verspreid aan de expert reviewers en de government reviewers. Nadat de commentaren verwerkt zijn (of niet), wordt het definitieve rapport uitgebracht (Crok, 2010). Om te controleren of het IPCC proces eerlijk verloopt, is er nog een vijfde groep. Dit zijn de review editors. Het hele proces van het schrijven van een IPCC rapport is te zien in Figuur 1.

Figuur 1 Het proces van het schrijven van een IPCC rapport.

Het IPCC rapport werd voor het eerst uitgebracht in 1990 en sindsdien wordt er geprobeerd om elke 5 à 6 jaar een rapport uit te brengen. Tevens wordt er in een dergelijk rapport ingegaan op de mogelijke sociale en ecologische gevolgen van de voorspelde klimaatverandering. (IPCC, 2013).

Inhoud en presentatie IPCC rapport

Het IPCC rapport bestaat uit drie delen, het eerste deel geeft inzichten in het klimaatsysteem, het tweede deel gaat over adaptatie en het derde deel over broeikasgassen. De inhoud van het eerste deel bestaat uit inzichten in het klimaatsysteem en klimaatverandering. Dit is meer de fysische kant van het klimaatsysteem. In het tweede deel wordt ingegaan op de gevolgen voor de natuur (ecologisch) en de mens (sociaal) en de mogelijkheden tot aanpassen of voorkomen van deze gevolgen. Het derde en laatste deel gaat over de mogelijkheden van het aanpakken (reduceren) van broeikasgassen (Klimaatportaal, 2011).

Doordat er op dit moment (november 2013) nog wordt gewerkt aan het tweede en derde deel van het vijfde IPCC rapport, zal ik alleen de belangrijkste conclusies van het eerste deel beschrijven. De conclusies uit het rapport van 2007 voor deel twee en drie laat ik achterwege, omdat deze mogelijk achterhaald zijn op het moment van publicatie.

Een van de belangrijkste conclusies van het vijfde rapport is dat het uiterst waarschijnlijk is dat de invloed van de mens de belangrijkste oorzaak is van de waargenomen opwarming van de aarde, sinds het midden van de 20ste eeuw. Een ander belangrijke conclusie is dat de concentraties in de atmosfeer van kooldioxide (CO2), methaan (CH4) en lachgas(N2O) zijn toegenomen tot waarden, die in tenminste de afgelopen 800.000 jaar niet zo hoog zijn geweest (KNMI, 2013). Deze conclusies komen van de door het KNMI naar het Nederlands vertaalde Summary for policymakers. In deze samenvatting staan nog meer conclusies, indien u daar interesse in hebt verwijs ik u naar hun website.1

Nadat een (deel van het) rapport is afgerond volgt er een persconferentie. Deze wordt bijgewoond door de voorzitter, vice-voorzitter en enkele leden en experts van het IPCC. Daarnaast is als vanzelfsprekend de media hierbij aanwezig. Deze persconferentie wordt gegeven om te zorgen dat de belangrijkste conclusies helder en duidelijk zijn voor de media, die het vervolgens doorspelen aan het brede publiek. Ook zijn de persconferenties belangrijk voor het verspreiden van het rapport (IPCC,2013). De media schrijven (meestal) over het IPCC rapport, waardoor er in een korte tijd veel mensen worden bereikt en deze, indien geïnteresseerd, het rapport gaan opzoeken.

Nadat het IPCC rapport is gepubliceerd, wordt het gebruikt door beleidsmakers en onderzoekers als naslagwerk en/of referentiewerk. Dit houdt voor beleidsmakers in dat men naar de conclusies van het IPCC kijkt om het beleid hier op af te stemmen, aangezien het IPCC rapport wordt gezien als de laatste stand van zaken van de klimaatwetenschap. Tevens verwacht men dat het IPCC rapport neutraal is en er dus geen mening in voorkomt. De betrouwbaarheid van het IPCC stond echter de laatste paar jaren ter discussie. Een van de redenen is dat in het vierde IPCC rapport na publicatie verschillende fouten zijn gevonden. Deze fouten neigden meestal naar het overdrijven van de situatie. Echter, na onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), is gebleken dat de fouten geen invloed hebben op de hoofdconclusies (Planbureau voor de Leefomgeving, 2010). Tevens heeft het PBL verschillende voorstellen gedaan om het proces van het IPCC te verbeteren. Één hiervan is een verbeterde kwaliteitscontrole (Planbureau voor de Leefomgeving, 2010). Dit moet voorkomen dat er fouten in de hoofdconclusies sluipen; als er fouten in de hoofdconclusies staan kan dit gevolgen hebben voor het te voeren beleid en voor de verdere geloofwaardigheid van het IPCC.

Sceptici

Er is echter ook groep mensen die het oneens is met de conclusies en het proces van het IPCC. Deze mensen worden al snel sceptici of nog erger deniers genoemd. Een van de belangrijkste kritiekpunten van de sceptici is dat hun argumenten niet terugkomen in het IPCC rapport, maar stelselmatig worden afgewezen door de makers van het rapport. Een ander kritiekpunt van de sceptici is dat er nog nooit een scepticus is aangewezen als lead author bij het IPCC. Deze twee punten zorgen ervoor dat de meeste sceptici zich niet kunnen vinden in het proces en het hierop volgende IPCC rapport.

Ook voelen de sceptici zich genegeerd, aangezien de meeste wetenschappers niet in discussie met ze willen gaan en de (meeste) artikelen die ze opsturen naar gerenommeerde tijdschriften worden afgewezen. Tevens vond er in 2009 een incident plaats, genaamd Climategate. Eind november 2009 werd er materiaal gepubliceerd op een sceptische website. Het materiaal bestond uit duizenden e-mails en documenten verstuurd door klimaatwetenschappers aan elkaar. Volgens sceptici waren sommige van deze documenten en e-mails bewijs dat enkele klimaatwetenschappers data manipuleerden om te zorgen dat het beeld over klimaatverandering in stand bleef (Guardian, 2009). Verder werd er in e-mails besproken hoe de klimaatwetenschappers moesten voorkomen dat ze gegevens moesten vrijgeven aan sceptici. Ook wordt er veelvuldig over bekende sceptici in negatieve zin gepraat in de e-mails (Crok, 2010).

Door Climategate en de eerder vermelde punten voelen de sceptici zich niet serieus genomen en vinden ze dat de klimaatwetenschappers niet openstaan voor nieuwe inzichten. Dan is er de vraag of de wetenschappers deze mensen wel serieus moeten nemen en wat zijn de argumenten die regelmatig langs komen?

Uit recent onderzoek van ondergetekende is gebleken dat het mogelijk is om de sceptici in te delen in twee groepen, gebaseerd op hun motieven. De eerste groep sceptici bestaat uit mensen die een politiek doel (vrije markt in stand houden) hebben met hun argumenten. De motieven, die sceptici in deze groep hebben, zijn bijvoorbeeld conservatisme en ongeloof in de oplossing. Het conservatisme is een motief, omdat als klimaatverandering een probleem is, de vrije markt gefaald heeft. Dit zou leiden tot ingrijpen van de overheid, wat tegen het geloof van sommige sceptici in gaat en de sceptici willen overheidsingrijpen koste wat het kost vermijden. Verder is ongeloof in de oplossing een motief in deze categorie, omdat sommige mensen vinden dat de kosten om klimaatverandering te voorkomen duurder zijn dan de benefits van klimaatverandering. De sceptici, in deze groep, proberen het beleid te beïnvloeden met hun argumenten en deze argumenten hoeven, mijns inziens, meestal niet serieus genomen te worden. De tweede groep van sceptici bestaat uit een groep mensen die de waarheid proberen te achterhalen (Kerkvliet, 2013). Deze groep van sceptici bestaat vooral uit onderzoeksjournalisten en (gepensioneerde) wetenschappers. De wetenschappers zijn vooral geologen, die gewend zijn om naar langere tijdschalen te kijken. Het is daarom wel verstandig om de tweede groep sceptici en hun argumenten serieus te nemen.

De argumenten, die regelmatig gebruikt worden door de sceptici, zijn bijvoorbeeld dat de zon meer invloed heeft dan wordt gedacht door de klimaatwetenschappers of dat de watercirkel de temperatuur regelt. Verder zijn veel naar voren gebrachte argumenten van de sceptici dat klimaat altijd verandert en dat de temperatuurmetingen niet kloppen. In een recent onderzoek van Gert-Jan de Graaf is er gekeken of de argumenten van de sceptici hout snijden of niet, waarbij is ingegaan op de zonneactiviteit en op de watercirkel. Zijn conclusie is dat de meeste argumenten van de sceptici niet volledig juist zijn en dat sceptici bedreven zijn in het nuanceren en soms overdrijven van de conclusies van het IPCC en andere papers. Echter, hij vindt wel dat de sceptici een punt hebben met betrekking tot de onzekerheden in de klimaatwetenschap en dat er meer onzekerheden zijn dan het IPCC laat zien (de Graaf, 2013).

Uit onderzoek naar de argumenten van het IPCC rapport en klimaatsceptici kan afgeleid worden dat de conclusies in het IPCC rapport over het algemeen juist zijn. Echter, ik ben wel van mening dat er nog veel te winnen valt op het gebied van neutraliteit. Een voorbeeld hiervan is dat (betrouwbare) sceptici een prominentere rol (author of lead author) kunnen vervullen bij het schrijven van een IPCC rapport, zodat ook sceptische argumenten serieus worden genomen.

Climate Dialogue

In de laatste paragraaf wil ik graag afsluiten met een positieve noot over het klimaatdebat. Ik zou graag wijzen op het online platform Climate Dialogue. Op deze website, gelanceerd door het PBL, KNMI en Marcel Crok, worden onderwerpen besproken die regelmatig terugkeren in het klimaatdebat. Hierbij gaan onderzoekers met verschillende meningen, dus klimaatonderzoekers en sceptici, met elkaar in discussie. Dit initiatief is, naar mijn mening, een goede eerste stap om sceptici en klimaatonderzoekers met elkaar in debat te laten gaan en samen tot nieuwe inzichten te komen.

Noten en/of literatuur

KNMI. (2013). http://www.knmi.nl/klimaat/IPCC/SPM/

Crok, M. (2010). De staat van het klimaat,

Graaf de, W.G.J. (2013). An analysis of arguments put forward by Dutch climate skeptics

The Guardian (2009). Climate sceptics claims leaked emails are evidence of collusion among scientists.

IPCC (2013). www.ipcc.ch.

Kerkvliet, H. (2013). The motives of the Dutch ‘climate sceptics’.

Klimaatportaal (2011). http://www.klimaatportaal.nl

KNMI (2013). http://www.knmi.nl/klimaat/IPCC/SPM/
Planbureau voor de Leefomgeving (2010).

Evaluatie van een IPCC-klimaatrapport: Een analyse van conclusies over de mogelijke regionale gevolgen van klimaatverandering.

Bron Figuur 1: http://www.ipcc.ch/organization/organization_procedures.shtml

De auteur van dit artikel is Hans Kerkvliet. Hij heeft tijdens zijn Master Environment & Resource Management aan de Vrije Universiteit van Amsterdam onderzoek gedaan naar het klimaatdebat. Meer specifiek heeft hij zich gericht op de rol van klimaatsceptici in dit debat en de argumenten die zij hierbij gebruiken.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *